Geschiedenis van Niobe
Niobe bespot de vrouwen van Thebe
Niobe was een trotse dochter van
de Frygische koning Tantalus en de vrouw van de koning van Thebe,
Amphion. Maar bovenal was ze meer dan trots op haar kinderen, de
Niobiden, zeven zonen en zeven dochters.
Op een dag riep de waarzegster Manto in opdracht van de goden de vrouwen
van Thebe op om Latona, de moeder van Apollo en Diana, te eren. De
vrouwen tooiden hun hoofden met laurierkransen, brandden wierook en
baden voor het altaar van Latona. Plots daagde Niobe op, vergezeld door
vriendinnen, gehuld in een met goud doorweven Frygisch kleed. Ze sprak
de vrouwen toe, ze verheerlijkte haar eigen afkomst en riep de vrouwen
op om haar, de moeder van veertien kinderen, te eren in plaats van
Latona die maar twee kinderen had.
Niobe, 1772
Jacques Louis David (1748-1825)
Apollo en Diana straffen de
Niobiden
Latona was toornig, zij wendde
zich om hulp tot haar twee kinderen. Apollo en Diana verplaatsten zich,
in een wolk gehuld, naar Thebe. De zeven zonen van Niobe waren aan het
paardrijden op een vlak veld buiten de stadsmuren. Als eerste werd de
eerstgeboren Ismenus door een pijl getroffen, daarna de tweede, Sipylus.
Dit moment is hier door de kunstenaar uitgebeeld. Op de oever van de
rivier, ver in het verschiet, zijn Niobe en haar zeven dochters te zien.
Apollo en Diana doorboorden vervolgens alle zonen en dochters van Niobe
en Amphion met pijlen. Amphion had zijn vaderhart doorstoken en zo een
einde gemaakt aan zijn leven en zijn verdriet. Niobe, verlamd door
wanhoop, veranderde in een stuk marmer. Een stevige wind tilde haar op
en bracht haar naar haar vaderland. Daar druipt zij boven op een bergtop
en nog altijd is de steen vochtig van haar tranen.
----------------------------------------------------------------------------
top ----------------
Jan Claudius de Cock – Alpheius en Arethusa (1707)
Het bas-reliëf van de Vlaamse
beeldhouwer Jan Claudius de Cock (1667-1735) stelt de riviergod Aipheius
en de nimf Arethusa voor. Arethusa, op de vlucht voor verliefde Aipheius,
wordt door Diana veranderd in water. Dit is een verhaal uit de
“Metamorfosen”.
Het reliëf is het pendant van het soortgelijke reliëf in de rechter
voorkamer van het kabinet van de koningin in Den Haag. Beide zijn
gesigneerd op 1707 en zijn dus ouder dan de omlijstingen die in 1724
werden vervaardigd. Ontwerptekeningen voor deze omlijstingen zijn
gevonden tijdens een restauratie op de muur achter het behang.
Jan Claudius de Cock (1667-1735) - beeldhouwer, schilder, tekenaar en
graveur – was leerling van Pieter Verbrugghen de Oude. In 1692 werkte
hij in Breda, waar hij decoratief beeldhouwwerk vervaardigde voor het
kort daarvoor voltooide slot van koning-stadhouder Willem III.
----------------------------------------------------------------------------
top ----------------
Apollo en Daphne (1707)
Het bas-reliëf van de Vlaamse
kunstenaar Jan Claudius de Cock (1667-1735) stelt Apollo en Daphne voor.
Daphne, op de vlucht voor verliefde Apollo, verandert in een
laurierboom. Het verhaal is afkomstig uit de Metamorfosen van de
Romeinse dichter Ovidius.
Jan Claudius de
Cock
Apollo en Daphne
Deze
mythe vertelt over de platonische liefde van de god Apollo voor de mooie
nimf Daphne. Er wordt gezegd dat Daphne de eerste liefde was van Apollo,
maar helaas heeft het meisje zijn liefde nooit beantwoord.
In de Griekse mythologie was het niet gebruikelijk of zelfs onmogelijk
voor een nimf of een sterfelijke vrouw om weerstand te bieden aan de
liefde van een god. Maar Daphne deed dat wel en in feite verloor ze haar
leven doordat ze probeerde aan deze liefde te ontsnappen.
Het
verhaal gaat als volgt.
Toen Apollo geboren werd, zweefde hij naar boven met een lier in zijn
hand en een boog over zijn schouder.
Apollo hield van het licht en had een hekel aan boosheid en duisternis.
Hij zorgde voor de kuddes en de herders. Hij was de God van pijl en
boog, van muziek, voorspellingen en licht. Een machtige God. Op zekere
dag kwam Apollo bij een diepe bergkloof, waarin geen enkel
lichtstraaltje kon doordringen. Op de bodem van dit ravijn ruiste een
bergbeek, waaruit giftige, groene dampen opstegen. Hieruit dook Python
op, een kwaadaardige draak en deze probeerde Apollo aan te vallen.
Apollo aarzelde geen moment. Hij greep zijn pijlen en vuurde ze op
Python af. Python stierf.
Apollo nam zijn lier en begon te spelen. Zonnestralen drongen het ravijn
binnen, groene sprieten kwamen uit de aarde te voorschijn. Dieren kwamen
aarzelend naderbij en nimfen dansten op de muziek.
Hier richtte Apollo een orakel op.
De woorden, die de priesteres Pythia door de nevelwolken sprak, waren
bestemd voor koningen, maar ook voor eenvoudige mensen, hoewel zij de
betekenis van de voorspellingen niet altijd konden doorgronden. En
zonder raadpleging van het orakel van Delphi kon men nauwelijks een
nederzetting bouwen, een veldtocht voeren, ja, zelfs geen huwelijk
sluiten.
Op
een gegeven moment ontmoette Apollo Eros, ook wel bekend als Cupido.
Eros was druk bezig met zijn pijl en boog. Hij gebruikte deze om mensen
verliefd te maken. Apollo had net Python overwonnen en was nogal
arrogant, vanwege deze overwinning. Hij vertelde Eros abrupt om
oorlogstuig over te laten aan machtige goden zoals hij. Eros moest maar
ander tijdverdrijf gaan zoeken. Daarmee maakte hij de taak van Eros om
te zorgen voor liefde en passie tot iets minderwaardigs.
Deze neerbuigende houding van Apollo maakte Eros woedend. Hij besloot om
wraak te nemen op de onbeschaamde Apollo. Eros klom op een rots van de
berg Parnassus en nam twee pijlen: een scherpe met een gouden punt en
een botte met een loden punt. Met de scherpe gouden pijl doorboorde hij
het hart van Apollo. Deze werd hierdoor op slag stapel verliefd op
Daphne, een mooie nimf, dochter van de riviergod Peneus. Op Daphne
schoot Eros echter met de loden pijl, zodat zij niet verliefd kon worden
op Apollo.
Apollo en Daphne
Giovanni Battista Tiepolo (1696-1770)
Apollo probeert de onwillige Daphne te veroveren. Daphnes vader, de
riviergod, hoort haar wanhopige smeekbeden en komt haar te hulp. Daphne
verandert in een laurierboom, aan haar vingers groeien al de eerste
laurierblaadjes.
Daphne wees de liefde van de beroemde Apollo af, ondanks zijn herhaalde
pleidooien en vleierijen. Ze verafschuwde eveneens alle andere mannen
die probeerden haar te krijgen. Er wordt gezegd dat Leucippus, een
knappe man, zo wanhopig zijn best deed om Daphne te winnen dat hij zich
vermomde als meisje, zodat hij zich in elk geval onder haar gezelschap
kon mengen. Maar de jaloerse Apollo raadde de nimfen aan naakt te gaan
baden. Toen Leucippus zijn kleren uitdeed kwam zijn bedrog aan het licht
en de nimfen doodden hem.
Ondertussen bleef Apollo Daphne hardnekkig achtervolgen. Het arme meisje
riep haar vader, de riviergod, te hulp. Peneus, of Moeder Aarde, in een
andere versie, schoot haar te hulp en veranderde haar in een geurende
plant.
Deze plant was de laurier, Daphne, naar de naam van de nimf.
Apollo’s hart was gebroken, maar er bleef hem niets anders over dan
zich bij de feiten neer te leggen. Hij maakte de laurier zelfs tot het
symbool van de poëzie.
In afbeeldingen zie je vaak de lauwerkrans op het hoofd van Apollo. De
laurierboom is gewijd aan hem. En in Delphi kauwde zijn priesteres
Pythia een laurierblad voor ze haar profetieën doorgaf aan de mensen…
----------------------------------------------------------------------------
top ----------------
Calydonische everjacht (Meleagar
en Atalanta)
De godin Diana, boos geworden op
koning Oeneus van Calydon, zond een everzwijn dat zijn akkers verwoestte
en zijn vee aanviel. Oeneus’ zoon Meleager nodigde helden uit alle
windstreken uit voor de jacht op het zwijn. Een van hen was de mooie
Atalanta, op wie Meleager verliefd werd.
Op het doek zien we het moment waarop Meleager het dier doodsteekt, kort
nadat Atalanta het met een pijl had verwond.
Het vervolg van het verhaal is tragisch. Meleager schonk de afgehouwen
kop van het everzwijn aan Atalanta. Tijdens de daarover ontstane ruzie
tussen de jagers stak hij zijn twee ooms dood. Uit wrok over het verlies
van haar broers bewerkstelligde Meleager’s moeder zijn dood en wierp
zichzelf vervolgens op een zwaard. Het rouwen van Meleager’s zusjes was
zo hevig, dat Diana, die hun lijden niet kon aanzien, de meisjes in
vogels veranderde.
----------------------------------------------------------------------------
top ----------------
Echo en Narcissus
In de
Griekse mythologie was Echo een bosnimf die hield van een jongeling met
de naam Narcissus. Narcissus was de mooie zoon van de rivier de
Cephissus en de nimf Liriope. Hij was een knappe jongen, dat bij velen
geliefd was, maar Narcissus hield van niemand. Hij genoot van de
aandacht, lof en afgunst. In Narcissus’ ogen was niemand hem waardig.
Echo's passie voor Narcissus werd slechts geëvenaard door haar passie
voor het praten; ze wilde altijd het laatste woord hebben.
Zeus, de oppergod, die getrouwd was met Hera/Juno, vermaakte zich graag
met de nimfen, tot grote ergernis van Juno. Juno was uiteraard jaloers
op de vriendinnen van haar echtgenoot. Op een dag, toen Zeus er weer
eens met een nimf vandoor was, had Juno hem bijna betrapt. Maar Echo
maakte de ontsnapping van de overspelige echtgenoot van de godin Juno
mogelijk door met Juno een gesprek aan te gaan. Ze hield Juno net zo
lang aan de praat, tot Zeus weg was bij de nimf. Toen Juno achter het
verraad van Echo kwam, strafte ze haar. Echo kon vanaf dat moment niet
meer zelf spreken. Ze kon alleen de laatste lettergreep herhalen van wat
er tegen haar gezegd werd. Zelf kon ze geen gesprek meer beginnen.
Echo
wachtte vaak in de bossen om een glimp van Narcissus op te vangen. En om
misschien zelf opgemerkt te worden. Op een dag toen ze zich weer tussen
het struikgewas ophield, hoorde Narcissus haar voetstappen en hij riep:
’Wie is daar?’ Echo antwoordde: ’Daar.’ Narcissus riep daarop: ‘Kom.’
Echo antwoordde: ‘Kom!’ Narcissus riep nogmaals: ‘Waarom mijd je me?
Laten we samen verder gaan.’ Echo was dolblij dat Narcissus haar had
gevraagd om met hem mee te gaan. Ze verlangde ernaar om hem te vertellen
wie ze was en van alle liefde die ze voor hem voelde, maar ze kon niet
spreken. Ze liep naar hem toe en wierp zich in zijn armen.
Narcissus werd boos: ‘Ga weg! Ik zou liever sterven dan me aan jou te
geven.’ En hij duwde Echo van zich af zodat ze op de grond viel. Echo
verliet het bos als een wrak. Haar hart was gebroken. Vol schaamte
vluchtte ze de bergen in. Treurend om en vol verlangen naar een liefde
die ze nooit zou ontvangen. Ze stierf van verdriet en veranderde in
steen. Haar lichaam werd één met de berg. Alles wat overbleef was haar
stem die antwoordde met wat anderen zeiden.
Narcissus is een schilderij van de Italiaanse barok
schilder Caravaggio, te dateren ca. 1597-1599.
Het hangt in de Galleria Nazionale d'Arte Antica in Rome.
Het schilderij straalt een sfeer van melancholie uit: de figuur van
Narcissus zit opgesloten in een cirkel , die hij vormt tezamen met zijn
spiegelbeeld.
Er omheen heerst duisternis. De enige werkelijkheid lijkt te vinden te
zijn binnen deze cirkel.
Narcissus bleef veel nimfen aantrekken, die hij allen een tijdje
vermaakte voordat hij zijn minachting liet blijken en ze afwees. De
goden werden zijn gedrag beu en vervloekten Narcissus. Ze wilden hem
laten weten hoe het voelde om lief te hebben en nooit geliefd worden. Ze
zorgden er voor, dat er maar één was van wie hij kon houden. Die ene was
niet echt en zou nooit van Narcissus kunnen houden.
Op een dag, terwijl hij van de zon genoot, kwam Narcissus bij een
waterplas. Toen hij in het water staarde, ving hij een glimp op van wat
hij dacht dat een mooie watergeest was. Hij had zijn eigen spiegelbeeld
niet herkend en was meteen verliefd. Narcissus bukte zijn hoofd om het
visioen te kussen. Terwijl hij dat deed, bootste zijn weerkaatsing zijn
handelingen na. Narcissus dacht, dat het gevoel dus wel wederzijds zou
zijn en hij probeerde om de watergeest te omhelzen. Door het bewegende
water verdween zijn spiegeling en leek de geest weg te zijn. Narcissus
raakte in paniek, waar was zijn geliefde gebleven? Toen het water weer
gladjes werd, kwam de geest weer te voorschijn. "Waarom, mooie jongen,
waarom mijd je mij? Mijn uiterlijk kan je toch niet afweren? De nimfen
zijn dol op me, en als ik jou zie lijk je ook niet onverschillig
tegenover me te staan. Als ik mijn armen naar je uitstrek, doe jij
hetzelfde. En je glimlacht naar mij en als ik je wenk, wenk je mij ook.
Opnieuw probeerde hij zijn spiegelbeeld te omhelzen en opnieuw bleek
zijn geliefde te verdwijnen. Bang om het water nog weer aan te raken,
legde Narcissus zich neer bij de poel en staarde hij in de ogen van zijn
droombeeld.
Hij
begon te huilen uit frustratie. Terwijl hij dat deed, huilde Echo
eveneens. Hij bewoog niet, hij at of dronk niet meer, hij leed enkel
maar. Langzamerhand kwijnde hij weg, vermagerde snel en verloor zijn
schoonheid. De nimfen die van hem hielden, smeekten hem om weg te gaan
bij het water. En als zij hem smeekten om weg te gaan, smeekte Echo ook.
Maar niets hielp. Hij zat daar als het ware vastgenageld. Hij wou daar
voor eeuwig blijven. Ziek van liefde bleef hij naar zichzelf staren tot
ook hij, net als Echo, stierf van verdriet.
Echo en Narcissus
Nicholas Poussin (1594-1665)
Echo vervaagt tot een schaduw, vanwege haar onbeantwoorde liefde voor
Narcissus.
Narcissus is gestorevn, zijn lijk ligt bij de plas.
Eros, de god van de liefde, kijkt toe.
Narcissus' lichaam verdween en waar zijn lichaam ooit lag, groeide nu
een bloem, de narcis. De nimfen rouwden om zijn dood en als zij rouwden,
deed Echo hetzelfde.
Narcissus
----------------------------------------------------------------------------
top ----------------
Mercurius en
Battus
Nadat Apollo the nimf Coronis
uit jaloezie had gedood, werd hij zodanig overmand door liefdesverdriet
dat hij zijn kudde runderen liet afdwalen. Dat had Mercurius gezien! Hij
dreef de kudde listig weg, de bossen in. Niemand had de nimf bemerkt
behalve een oude herder Battus. Mercurius nam hem terzijde en droeg hem
op om dit aan niemand te vertellen. Als beloning kreeg Battus een kalf
uit de kudde. De oude man zwoer dat een steen nog eerder Mercurius’
diefstal zou verklappen dan hij.
Mercurius vertrok maar keerde een korte tijd later in een andere
gedaante terug. Hij vroeg Battus of die zijn runderen voorbij had zien
komen en beloofde hem voor een goede tip een stier en een koe. Battus
liet zich verleiden door de beloning en wees de plek waar de gestolen
kudde was te vinden.
Als straf veranderde Mercurius de woordbreker in een steen die nog
altijd “verklikker” wordt genoemd.
----------------------------------------------------------------------------
top ----------------
Escher
Metamorphosis III
Metamorphosis I
----------------------------------------------------------------------------
top ----------------
De Gedaanteverwisseling
Toen Gregor Samsa op een
morgen uit onrustige dromen ontwaakte, ontdekte hij dat hij in zijn
bed in een monsterachtig ongedierte was veranderd. Hij lag op zijn
hardgepantserde rug en zag, als hij zijn hoofd enigszins optilde,
zijn gewelfde bruine, door boogvormige geledingen verdeelde buik,
waarop de deken, op het punt omlaag te glijden, nauwelijks houvast
kon vinden. Al zijn, in vergelijking met zijn overige omvang, zielig
dunne pootjes flikkerden hulpeloos voor zijn ogen.
'Wat is er met mij gebeurd?' dacht hij. Het was geen droom. Zijn kamer,
een echt, alleen wat klein mensenkamertje, lag rustig tussen de vier
welbekende muren. Boven de tafel, waarop een uitgepakte
monstercollectie stoffen was uitgestald - Samsa was reiziger -, hing
de plaat, die hij kort geleden uit een geïllustreerd tijdschrift had
geknipt en in een mooie vergulde lijst gezet. Zij stelde een rechtop
zittende dame voor, van een bonten muts en een bonten boa voorzien,
die een zware mof, waar haar hele onderarm in verdween, naar de
toeschouwer omhoog hief.
Gregors blik richtte zich nu op een raam, en het sombere weer - men
hoorde regendroppels op het zink van de vensterbank kletteren -
maakte hem diep melancholiek. "Als ik nog eens wat slapen ging en
alle gekheid vergat,' dacht hij, maar dat was absoluut
onuitvoerbaar, want hij was gewend op zijn rechterzijde te slapen,
doch kon in zijn huidige toestand niet zo gaan liggen. Met hoeveel
kracht hij zich ook op zijn rechterkant gooide, altijd weer
schommelde hij in de rugligging terug. Hij probeerde het wel honderd
keer, deed de ogen dicht om de trappelende beentjes niet te hoeven
zien, en gaf het pas op toen hij een nog nooit eerder ervaren lichte
doffe pijn in zijn zij begon te voelen.
.......................................
Franz Kafka, 'Een
hongerkunstenaar en andere verhalen'
vert. Nini Brunt, 1963
----------------------------------------------------------------------------
top ----------------
detail
Salvador Dali, Metamorfose
van Narcissus
----------------------------------------------------------------------------
top ----------------
Heilige Birmaan (Birma)
De heilige Birmaan is
volgens de legende een oud, uit Birma afkomstig kattenras, dat iets
wegheeft van een zwaargebouwde langharige Siamees. Maar hij heeft
een unieke witte aftekening op de voeten.
De legende van de heilige
Birmaan vertelt over de honderd zuiver witte katten met gele ogen
die eeuwen geleden de heilige Khmer-tempel te Lao-Tsun bij de berg
Lugh in Birma bewaakten.
Om dit verhaal te kunnen begrijpen, moet men zich eigenlijk de
prachtige tempels van het oude Birma voor de geest kunnen halen. De
grootsheid van de boeddhabeelden helpen ons om ons een voorstelling
te kunnen maken van het religieuze gevoel van de mensen, evenals hun
geloof in reïncarnatie en hun diepe respect voor de priesters.
In de tempel van Lao-Tsun bevond zich een gouden beeld van de godin
met de blauwe ogen, genaamd Tsun-Kyan-Kse, die in staat was om
priesters te laten reïncarneren in de lichamen van heilige dieren.
Zodra de ziel van een priester was overgegaan in het lichaam van een
van de heilige katten, kon deze via de onschuldige kat doorgaan naar
het hiernamaals. Met andere woorden: de katten betekenden voor de
priesters zoveel als een geestelijke weg naar het paradijs.
De hogepriester, Mun-Ha, had
een lievelingskat genaamd Sinh. Op een dag zaten ze samen voor het
beeld van de godin, toen de tempel werd aangevallen door rovers uit
Siam. Mun-Ha kreeg een hartaanval terwijl hij zat te bidden. Sinh
reageerde hierop door zijn voeten op het lichaam van de stervende
priester te zetten. Terwijl hij dat deed waren zijn ogen gericht op
de gouden godin met de blauwe ogen. Op het moment dat zijn meester
de laatste adem uitblies, veranderde Sinh; zijn ogen werden blauw en
zijn vacht kreeg een gouden glans. Vervolgens kregen de uitstekende
lichaamsdelen de kleur van de aarde, behalve zijn voeten, die, waar
ze in contact waren met het sneeuwwitte haar van zijn meester, hun
oorspronkelijke, zuiver witte kleur behielden. Terwijl al deze
veranderingen plaatsvonden, ging de ziel van de dode priester over
in het lichaam van Sinh.
De priesters, die getuige waren van deze verbazingwekkende
metamorfose, gingen over tot actie. Ze sprongen op en joegen hun
aanvallers de tempel uit. Sinh wilde niet meer eten en stierf een
paar dagen later, terwijl hij trouw de ziel van zijn meester naar
het paradijs bracht. Toen de andere katten weer in de tempel kwamen,
was duidelijk, dat ook zij een metamorfose hadden ondergaan. Ook zij
hadden een nieuwe, heilige kleur: een gouden vacht met donkere
points, witte voeten en blauwe ogen. Ze omcirkelden een jonge
priester genaamd Lioa, waarmee ze aangaven dat hij de nieuwe
hogepriester was. Vanaf die dag behielden de Heilige Birmaanse
Katten hun speciale kleur.
Purusha is creation, this we
know. In time, he is all that is, all that was and all that is to be....
----------------------------------------------------------------------------
top ----------------
De Schepping (India)
Het universum heeft altijd op
mysterieuze wijze bestaan. Dat was in de vorm van de geest van de
universele mens, Purusha, die alleen tot leven kwam als hij zich
bewust werd van zichzelf. Purusha had de gedaante van een man, toen
hij verklaarde: "Ik ben."
Maar een man alleen is ook maar alleen en Purusha verlangde naar een
partner. Zijn verlangen werd zo groot, dat er een vrouw uit
ontstond. Uit hun samenzijn werden de eerste mensen geboren.
De vrouw schaamde zich over
haar samenzijn met Purusha, het was immers incestueus. Zij besloot
te vluchten. Onder het rennen transformeerde ze in een dier. Maar
telkens als ze veranderde, nam Purusha dezelfde vorm aan en bedreef
de liefde met haar. Werd de vrouw een paard, dan werd Purusha dat
ook. Werd de vrouw een kat, dan werd Purusha dat ook. Dit ging zo
door tot alle diersoorten geschapen waren...
----------------------------------------------------------------------------
top ----------------
Pan (Griekenland)
Pan was een zeer oude god, en
kwam uit Arcadië. Hij is de god van de kudden, vooral van geiten, en
ziet er zelf gewoonlijk bokachtig uit. Zijn uiterlijk is een
weerspiegeling van zijn wellustige aard. Hij leeft bij voorkeur in
de bossen en houdt ervan om achter meisjes aan te jagen.
Pans amoureuze veroveringen waren talrijk, maar waarschijnlijk niet
zo talrijk als hij beweerde. Zijn beroemdste verovering was Selene.
Hij lokte haar in de bossen met een prachtige, witte sluier, die
zijn zwarte beharing bedekte en zijn identiteit voor Selene
verborgen hield.
Pans liefde voor vele nimfen bleef gewoonlijk onbeantwoord. Zijn
binding met naaldbomen wordt door een van deze mislukkingen
verklaard, want de nimf Pitys veranderde in een naaldboom, terwijl
ze voor de wellustige Pan vluchtte.
Een van Pans andere eigenschappen - zijn muzikaliteit - is verbonden
met de nimf Syrinx, die ook door een gedaanteverwisseling aan Pan
ontsnapte, waarbij ze in een rietveld veranderde. Pan sneed het riet
af en vervaardigde er zijn fluit van, de panfluit.
Pan and Syrinx
Pan (Greece)
Pan was a very old god, and came from Arcadia. He is the god of the herds, especially from goat,
and is usually looking like a he-goat himself. His appearance is a
reflection of his sensual nature. He prefers to live in woods and
loves to chase girls.
Pans amorous conquests were numerous, but probably not as numerous
as he claimed.
His most famous conquest was Selene. He tempted her in the woods
with a beautiful white veil, that covered his black growth of hair
and kept his identity from Selene.
Pans love for many nymphs ususally remained unrequited. His bond
with conifers is explained by one of these failures, for the nymph
Pitys changed into a conifer, while she tried to escape from the
sensual Pan.
One of Pans other qualities - his musicality - is bound with the
nymph Syrinx, who also escaped Pan by a metamorphosis, she changed
into reed land. Pan cut the reed and made his flute of it, the
syrinx.
----------------------------------------------------------------------------
top ----------------
Rubens, Io
Zeus en Io (Griekenland)
Iedereen weet
wat een rokkenjager Zeus was. Hera, z'n vrouw, vond het niet grappig.
Ze wist dat haar man haar zo ongeveer elke seconde van de dag
bedroog, maar ze was niet van plan om hem z'n gang maar te laten
gaan.Nee, Hera besteedde al haar tijd aan het controleren van haar
man. Je zou denken dat Hera haar woede grotendeels zou afreageren op
haar echtgenoot, maar dat deed ze niet. Hera besteedde haar
wraakzuchtige energie aan de arme vrouw (of in sommige gevallen man)
die toevallig op dat moment Zeus z'n speeltje was.
Io, dochter van Inachus, de koning van Argolis, was priesteres van
Hera. Zeus verleidde het meisje terwijl ze in dienst was bij Hera.
Nu ontdekt Hera het eigenlijk altijd als Zeus haar bedriegt. Dus
dacht hij nu werkelijk dat ze het niet zou merken als het onder haar
neus gebeurde? Zeus was paraat, de hele tijd dat hij deed wat hij
wou met Io, lette hij ook op en toen hij Hera zag, veranderde hij Io
in een koe.
Zeus mag dan wel voorbereid zijn geweest, maar hij onderschatte zijn
vrouw toch. Hera wist precies wat er aan de hand was. Eerst vroeg ze
Zeus of hij met Io had geslapen. Zeus antwoordde van niet. Terwijl
ze deed alsof ze haar man geloofde, vroeg ze hem of hij haar het
leuke lieve kalf cadeau wou geven. Wat zou hij kunnen zeggen? Nee?
Dus werd de kleine Io aan haar bazin godin gegeven met wier man zij
had geslapen. Zodra Hera het koetje had, liet ze de honderd-ogige
Argus toezicht houden.
De goden kennende was er geen enkele garantie, dat Zeus ooit zou
proberen Io uit Hera's greep te krijgen. Toch werd Hermes er op uit
gestuurd om de mooie priesteres die nu aan een olijfboom was
gebonden in Hera's achtertuin, te redden.
Hera raakte haar koe kwijt, maar ze was nog niet klaar met haar
dodelijke rivale. Io vluchtte en belandde in Egypte. Daar baarde ze
een zoon (Epaphus genaamd) aan de rivier de Nijl en hij zou
gelukkig hebben kunnen leven,
maar Hera was
totaal onverzadigbaar als het om wraak ging en ze stuurde de Cureten
om de baby te roven. Dat deden deze. Zeus moest ze doden om de baby
te redden. Uiteindelijk vond Io haar baby in Byblos en keerde terug
naar Egypte, haar nieuwe thuis. Ze trouwde met koning Telegonus.
Peter Paul Rubens, Mercurius
doodt Argus
----------------------------------------------------------------------------
top ----------------
Pygmalion en Galatea (Griekenland)
Pygmalion was in de griekse
mythologie een prins uit Cyprus.
Pygmalion had vrouwen zoveel zonden zien begaan, dat hij het
vrouwelijk geslacht uiteindelijk verafschuwde en besloot nooit te
trouwen. Hij was beeldhouwer en maakte een beeld van ivoor, zo mooi,
dat geen echte vrouw eraan kon tippen.
Pygmalion bewonderde zijn eigen werk en uiteindelijk werd hij er
smoorverliefd op. Vaak legde hij er zijn hand op, als om zichzelf
ervan te overtuigen dat ze echt niet leefde. Hij kon dan nauwelijks
geloven, dat het slechts ivoor was. Hij streelde het, en gaf het
cadeaus, zoals meisjes dat graag zien, - glanzende stenen, vogeltjes
en allerlei kleurige bloemen en sieraden. Hij schoof ringen aan de
vingers, en deed een ketting om de hals. In de oren hing hij
oorbellen en parelkettingen op de borst. Maar het beeld bleef van
steen.
Op een dag
werd er feest gevierd ter ere van Aphrodite. Er werden offers
gebracht, de altaars rookten en de geur van wierook vulde de lucht.
Toen Pygmalion zijn deel in de plechtigheden had vervuld, stond hij
voor het altaar en sprak een stille wens uit: ”Goden, als u alles
kunt geven, geef mij dan een vrouw” –hij durfde niet te zeggen “mijn
ivoren meisje”, maar in plaats daarvan zei hij –“die lijkt op mijn
ivoren meisje.”
Aphrodite,
die bij het festival aanwezig was, hoorde hem en wist welke gedachte Pygmalion eigenlijk had willen uitspreken; en als teken van haar
genade liet ze de vlam drie keer hoog op schieten. Toen hij naar
huis terugkeerde, ging Pygmalion naar zijn beeld kijken en kuste het
op de mond. Het leek wel warm te zijn. Hij legde zijn hand op de
ledematen; het ivoor voelde zacht aan en gaf mee onder zijn vingers
alsof het bestond uit was. Terwijl hij daar verbaasd en blij stond -
hoewel hij twijfelde, want hij vreesde dat hij zich vergiste -
raakte hij keer op keer het voorwerp van zijn hoop aan. Het leefde
echt!
Eindelijk vond de aanbidder van Aphrodite de woorden waarmee hij de
godin kon danken, en daarna drukte hij zijn lippen op lippen die net
zo echt waren als de zijne. Het meisje voelde de kussen en bloosde
en richtte haar ogen op haar geliefde.
Het beeld was een echte vrouw geworden. Een tijdje later kregen
Pygmalion en Galatea een zoon, Paphos genaamd.
Jean-Léon Gérôme (1824-1904), Pygmalion
----------------------------------------------------------------------------
top ----------------
|
Onderwerpen/titels:
Alpheius en Arethusa
Apollo
en Daphne
Heilige Birmaan
Salvador Dali
Echo en Narcissus
Escher
Kafka
Meleagar
Mercurius en Battus
Niobe
Pan
Pygmalion en Galatea
De Schepping
Zeus en Io
Zie ook:
http://www.cedargallery.nl/nlverhalen_fabels.htm
|